Statuten
Artikel 1
Naam en Zetel
1. De stichting heet: Stichting Groen & Welzijn.
2. Zij heeft haar zetel in de gemeente Rotterdam.
Artikel 2
Doel
1. Het doel van de stichting is het bieden van hulp bij onderhoud van de tuin voor ouderen en mensen met een handicap, schuldhulpbemiddeling alsmede het bieden van hulp bij het doen van aanvragen bij diverse instanties.
2. De stichting heeft ook tot doel het verrichten van alle verdere handelingen, die met het hiervoor genoemde doel in de ruimste zin verband houden of daarvoor bevorderlijk kunnen zijn.
3. De stichting heeft geen winstoogmerk.
Artikel 3
Vermogen
Het vermogen van de stichting kan worden gevormd door:
1. bijdragen van hen, die met het doel van de stichting sympathiseren;
2. bijdragen van degenen in wiens belang de stichting werkzaam is;
3. subsidies;
4. erfrechtelijke verkrijgingen en schenkingen;
5. opbrengsten van activiteiten van de stichting;
6. alle andere baten.
Artikel 4
Bestuur: samenstelling, wijze van benoemen
1. Het bestuur van de stichting bestaat uit een door het bestuur vast te stellen aantal bestuurders met een minimum van drie bestuurder(s).
- 2 -
2. De bestuurders worden benoemd en geschorst door het bestuur. In vacatures moet binnen drie maanden worden voorzien. Het bestuur kiest uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester.
3 .De bestuurders worden benoemd voor onbepaalde tijd.
4. Ingeval van één of meer vacatures in het bestuur behoudt het bestuur zijn bevoegdheden.
5. De bestuurders ontvangen geen beloning voor hun werkzaamheden,
behoudens eventueel een niet bovenmatig vacatiegeld.
Zij hebben wel recht op vergoeding van de door hen in de uitoefening van hun functie gemaakte kosten.
Artikel 5
Bestuur: taak en bevoegdheden
1. Het bestuur is belast met het besturen van de stichting.
2. Het bestuur is niet bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding of bezwaring van registergoederen , tenzij het besluit wordt genomen met algemene stemmen van alle in functie zijnde bestuurders.
3. Het bestuur is niet bevoegd te besluiten tot het aangaan van
overeenkomsten, waarbij de stichting zich als borg of hoofdelijk
medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot
zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt , tenzij het besluit wordt genomen met algemene stemmen van alle in functie zijnde bestuurders.
4. Erfstellingen mogen slechts onder het voorrecht van boedelbeschrijving worden aanvaard.
Artikel 6
Bestuur: vergaderingen
1. De vergaderingen van het bestuur worden gehouden in Nederland op de plaats als bij de oproeping is bepaald.
2. Jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar wordt een
vergadering van het bestuur (de jaarvergadering) gehouden, waar in elk geval aan de orde komt de vaststelling van de balans en de staat van baten en lasten.
Daarnaast wordt per kwartaal nog één vergadering gehouden.
3. Vergaderingen kunnen ook worden gehouden door middel van audio- of videocommunicatie.
4. Ook wordt er een vergadering gehouden, wanneer één van de bestuurders daartoe de oproeping doet.
5. De oproeping tot een vergadering moet ten minste zeven dagen tevoren gebeuren. De dag van de oproeping en die van de vergadering niet meegerekend. De oproeping kan door middel van een oproepingsbrief of langs elektronische weg.
6. Een oproeping vermeldt, de plaats en het tijdstip van de vergadering en de te behandelen onderwerpen.
7. De vergaderingen worden geleid door de voorzitter. Indien deze afwezig is voorzien de aanwezige bestuurders in de leiding van de vergadering. Tot dat moment wordt de vergadering geleid door de in leeftijd oudste aanwezige bestuurder.
8. De secretaris notuleert de vergadering. Bij afwezigheid van de secretaris wordt de notulist aangewezen door degene die de vergadering leidt. De notulen worden vastgesteld en getekend door degenen, die in de vergadering als voorzitter en notulist hebben gefungeerd. De notulen worden vervolgens bewaard door de secretaris.
9. Toegang tot de vergaderingen van het bestuur hebben de in functie zijnde bestuurders en degenen die daartoe door het bestuur zijn uitgenodigd.
Artikel 7
Bestuur: besluitvorming
1. Het bestuur kan in een vergadering alleen besluiten nemen indien de
meerderheid van de in functie zijnde bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd is. Een bestuurder kan zich in een vergadering door een andere bestuurder laten vertegenwoordigen nadat een schriftelijke, ter beoordeling van de voorzitter van de vergadering voldoende, volmacht is afgegeven. Een bestuurder kan daarbij slechts voor één andere bestuurder als gevolmachtigde optreden.
2. Is in een vergadering niet de meerderheid van de in functie zijnde bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd dan wordt een tweede vergadering bijeengeroepen, te houden niet eerder dan twee en niet later dan vier weken na de eerste vergadering. In deze tweede vergadering kan ongeacht het aantal aanwezige of vertegenwoordigde bestuurders worden besloten omtrent de onderwerpen welke op de eerste vergadering op de agenda waren geplaatst. Bij de oproeping tot de tweede vergadering moet worden vermeld dat en waarom
een besluit kan worden genomen ongeacht het aantal aanwezige of
vertegenwoordigde bestuurders.
3. Zolang in een vergadering alle in functie zijnde bestuurders aanwezig zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen over alle aan de orde komende onderwerpen, mits met algemene stemmen, ook al zijn de door de statuten gegeven voorschriften voor het oproepen en houden van vergaderingen niet in acht genomen.
4. Besluiten van het bestuur kunnen in plaats van in een vergadering ook schriftelijk worden genomen. Dat kan ook langs elektronische weg. Bij het nemen van een besluit op deze wijze moeten alle bestuursleden in het te nemen besluit gekend zijn.
5. Het bestuur kan ook buiten vergadering besluiten nemen. Van een aldus genomen besluit wordt door de secretaris een relaas opgemaakt, dat na medeondertekening door de voorzitter als notulen wordt bewaard.
6. Iedere bestuurder heeft het recht tot het uitbrengen van één stem. Voor zover deze statuten geen grotere meerderheid voorschrijven worden bestuursbesluiten genomen met volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen. Bij staking van stemmen wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.
7. Alle stemmingen in een vergadering geschieden mondeling, tenzij één of meer bestuurders vóór de stemming een schriftelijke stemming verlangen. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende, gesloten briefjes.
8. Blanco stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht. In alle geschillen omtrent stemmingen beslist de voorzitter van de vergadering.
Artikel 8
Bestuur: defungeren
Een bestuurder defungeert:
1. door zijn overlijden of indien de bestuurder een rechtspersoon is, door haar ontbinding of indien zij ophoudt te bestaan;
2. door het verlies van het vrije beheer over zijn vermogen;
3. door zijn aftreden;
4. door ontslag door de gezamenlijke overige bestuurders;
5. door ontslag op grond van artikel 2:298 Burgerlijk Wetboek.
Artikel 9
Vertegenwoordiging
1. Het bestuur vertegenwoordigt de stichting.
2. De vertegenwoordigingsbevoegdheid komt mede toe aan twee gezamenlijk handelende bestuurders.
3. Tegen een handelen in strijd met artikel 5 kan tegen derden beroep worden gedaan.
4. Het bestuur kan volmacht verlenen aan één of meer bestuurders, alsook aan derden, om de stichting binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen.
Artikel 10
Boekjaar en jaarstukken
1. Het boekjaar van de stichting is gelijk aan het kalenderjaar.
2. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de stichting en van alles betreffende de werkzaamheden van de stichting, naar de eisen die voortvloeien uit deze werkzaamheden, op zodanige wijze een administratie te voeren en de daartoe behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers op zodanige wijze te bewaren, dat daaruit te allen tijde de rechten en verplichtingen van de stichting kunnen worden gekend.
3. Het bestuur is verplicht jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar de balans en de staat van baten en lasten van de stichting te maken, op papier te stellen en vast te stellen. Het bestuur is bevoegd deze termijn eenmalig te verlengen met een periode van vier maanden.
4. Het bestuur is verplicht de in de voorgaande leden bedoelde boeken,
bescheiden en andere gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren.
5. De op een gegevensdrager aangebrachte gegevens, uitgezonderd de op papier gestelde jaarrekening, kunnen op een andere gegevensdrager worden overgebracht en bewaard, mits de overbrenging geschiedt met juiste en volledige weergave der gegevens en deze gegevens gedurende de volledige bewaartijd beschikbaar zijn en binnen redelijke tijd leesbaar kunnen worden gemaakt.
Artikel 11
Reglement
1. Het bestuur is bevoegd een reglement vast te stellen, waarin die onderwerpen worden geregeld, die naar het oordeel van het bestuur (nadere) regeling behoeven.
2. Het reglement mag niet met de wet of deze statuten in strijd zijn.
3. Het bestuur is bevoegd het reglement te wijzigen of te beëindigen.
4. Op de vaststelling, wijziging en beëindiging van het reglement is het bepaalde in artikel 12 lid 1 van toepassing.
Artikel 12
Statutenwijziging
1. Het bestuur is bevoegd deze statuten te wijzigen. Een besluit tot
statutenwijziging moet met algemene stemmen worden genomen in een vergadering waarin alle bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
2. De wijziging moet op straffe van nietigheid bij notariële akte tot stand komen. Iedere bestuurder afzonderlijk is bevoegd de desbetreffende akte te doen verlijden.
3. De bestuurders zijn verplicht een authentiek afschrift van de wijziging en de gewijzigde statuten neer te leggen ten kantore van het handelsregister.
Artikel 13
Ontbinding en vereffening
1. Het bestuur is bevoegd de stichting te ontbinden.
2. Een besluit tot ontbinding moet met algemene stemmen worden aangenomen in een vergadering waarin alle bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
3. Indien het bestuur besluit tot ontbinding wordt tevens de bestemming van het liquidatiesaldo vastgesteld. In andere gevallen van ontbinding wordt de bestemming van het liquidatiesaldo door de vereffenaars vastgesteld. Het liquidatiesaldo dient te worden besteed ten behoeve van een algemeen nut beogende instelling (ANBI) met een soortgelijke doelstelling of ten behoeve van een buitenlandse instelling die uitsluitend of nagenoeg uitsluitend het algemeen nut beoogt en die een soortgelijke doelstelling heeft.
4. Na ontbinding regelen de bestuurders de vereffening, tenzij bij het besluit tot ontbinding anderen tot vereffenaars zijn aangewezen.
5. Na afloop van de vereffening blijven de boeken en bescheiden van de
ontbonden stichting gedurende de bij de wet voorgeschreven termijn onder berusting van de door de vereffenaars aangewezen persoon.
Artikel 14
Rechtskeuze
Op deze akte is het Nederlands recht van toepassing.
Artikel 15
Slotbepalingen
1. In alle gevallen, waarin zowel de wet als deze statuten niet voorzien, beslist het bestuur.
2. Onder schriftelijk wordt in deze statuten verstaan elk via de gangbare
communicatiekanalen overgebracht bericht, waarvan uit geschrift blijkt of kan blijken.
Slotverklaring
Ten slotte verklaarden de verschenen personen dat bij deze oprichting:
1. het eerste boekjaar van de stichting eindigt op eenendertig december
tweeduizendtwintig.
2. het bestuur bestaat uit drie bestuurders;
3. voor de eerste maal zijn bestuurders, in de achter hun naam vermelde functie:
a. de heer Hendrik Pieter Marinus Riethoff, voornoemd vervult de functie
voorzitter.
b. mevrouw Johanna Elisabeth Bisschop, voornoemd vervult de functie
penningmeester.
c. mevrouw Chantal de Bree, voornoemd vervult de functie secretaris.
De verschenen personen zijn mij, notaris, bekend
De identiteit van de bij deze akte betrokken verschenen personen is door mij, notaris, aan de hand van het hiervoor gemelde en daartoe bestemde documenten vastgesteld.
Deze akte is verleden te Rotterdam op de datum in het hoofd van deze akte vermeld.
De inhoud van de akte is aan de verschenen personen opgegeven en toegelicht.
De verschenen personen hebben verklaard op volledige voorlezing van de akte geen prijs te stellen, tijdig voor het verlijden van de inhoud van de akte te hebben kennis genomen en met de inhoud in te stemmen.
Vervolgens is deze akte onmiddellijk na beperkte voorlezing door de verschenen personen en mij, notaris, ondertekend.